Wat kunnen ondernemers verwachten op Prinsjesdag 2021
Hoewel de exacte belastingplannen nog niet bekend zijn, zal Prinsjesdag 2021 wederom een bijzonder karakter hebben. Corona enerzijds en een demissionair kabinet anderzijds; zullen grote invloed hebben. Is het dan helemaal koffiedik kijken? Nee, over een aantal zaken is al wat meer bekend.
Belastingplan 2022
Dinsdag 21 september aanstaande zal de overheid naar alle waarschijnlijkheid niet heel veel nieuwe maatregelen aankondigen voor wat betreft het Belastingplan 2022. Zo is een aantal maatregelen vorig jaar al gepresenteerd en voor de zomer heeft Staatssecretaris Vijlbrief van Financiën ook al zaken aangekondigd. De in juni aangekondigde wijzigingen hebben betrekking op een viertal punten.
1. Werkkostenregeling (WKR)
De vrije ruimte in de werkkostenregeling voor de eerste € 400.000 van de loonsom is
in 2020 en 2021 verhoogt van 1,7 procent naar 3 procent. Deze ‘coronamaatregel’ wordt naar verwachting in 2022 verlengd.
2. Kosten thuiswerken
Zoals we al eerder aangaven, is thuiswerken een blijvertje. Hoewel de details over het belastingvrij vergoeden van thuiswerkkosten nog niet bekend zijn, ligt het in de lijn der verwachting dat het kabinet hierover concrete plannen presenteert. Dat zou als voordeel kunnen hebben dat werkgevers de kosten niet langer ten koste hoeven laten gaan van de WKR.
3. Aandelenoptierecht voor werknemers
Een aandelenoptierecht is een recht om aandelen te kopen in de vennootschap van de werkgever. Er liggen plannen waarmee het fiscaal aantrekkelijker moet worden om aandelenoptierechten als loon te verstrekken. Met deze regeling, interessant voor bijvoorbeeld startups, krijgt de medewerker een lager salaris, maar ontvangt een aandelenoptierecht dat op een later moment kan worden omgezet in aandelen.
Een aandelenoptierecht wordt in de heffing betrokken op het moment dat de bij uitoefening verkregen aandelen vervreemd kunnen worden (en dus verhandelbaar zijn). Daarna verlaten de aandelen de loonsfeer en worden deze, zolang ze in het bezit van de werknemer zijn, in box 3 belast binnen de vermogensrendementsheffing.
4. De Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk (WBSO)
Het kabinet wil de WBSO vereenvoudigen als het gaat om de kosten en uitgaven van speur- en ontwikkelingswerk bij een mededeling. Hoe dit er in de praktijk uit zal komen te zien, is nog niet bekend. De verwachting is dat hierover in september meer bekend zal worden.
Vennootschapsbelasting
Hoewel van bovenstaande maatregelen de exacte uitwerking nog bepaald moet worden, staan wijzigingen in de vennootschapsbelasting voor komend jaar vast. In 2021 betalen bijvoorbeeld bv’s over hun belastbare winst tot € 245.000 15% vennootschapsbelasting. Ligt de winst hoger dan € 245.000 dan is dit belastingtarief 25%. Met ingang van 2022 wordt de eerste € 395.000 belast met 15%. Een hogere winst valt dan in de tweede schijf van 25%.
Ondernemers voor de inkomstenbelasting
Ook voor ondernemers voor de inkomstenbelasting staan er komend jaar veranderingen op stapel.
In 2022 zijn bepaalde aftrekposten nog slechts te verrekenen tegen maximaal 40%. Dit tarief gaat in 2023 verder omlaag naar circa 37%. Naast de aftrek van hypotheekrente, partneralimentatie, giften en zorgkosten geldt dat ook voor de MKB-winstvrijstelling, de terbeschikkingstellingsvrijstelling en de zelfstandigenaftrek. Het belastingvoordeel van de zelfstandigenaftrek wordt verder beperkt. in 2022 ligt het bedrag op € 6.310 terwijl de zelfstandigenaftrek in 2021 nog € 6.670 is. Dit bedrag gaat overigens de komende jaren verder omlaag naar € 3.240 in 2036.
Op de derde dinsdag in september horen we meer over de financiële plannen van het kabinet.
bronnen: